Hoogwaardige Hematologische & Oncologische zorg in alle Friese ziekenhuizen.

Dabrafenib-Trametinib (melanoom)

Versie:
0.95
Publicatiedatum:
13-08-2018
Indicatie: Inoperabel of gemetastaseerd melanoom met een BRAF V600-mutatie bij volwassenen. Dabrafenib als monotherapie of in combinatie met trametinib.
   
Aantal kuren: continue, tot aan ziekteprogressie of onacceptabele toxiciteit
   
Cyclus: continue; 1 cyclus = 4 weken
   
Inclusie:

WHO performance status ≤ 2

BRAF V600 gemuteerd melanoom

adequate nier-, lever-, cardiale-, en beenmergfunctie

   
Exclusie:

Lang QT syndroom;

QTc interval > 480 ms.;

Acuut coronair syndroom, coronair angioplastiek, coronair stents, cardiale aritmieën (anders dan sinus aritmie) < 24 weken;

Abnormale cardiale klep morfologie, graad 2 of hoger

   
Onderzoek:

voorafgaand aan eerste kuur:

  • ECG
  • lab. baseline: routine Lab (afhankelijk van arts)
  • lengte + gewicht
 

voor iedere kuur:

  • ŸECG iedere vier weken, gedurende 12 weken, daarna 12 wekelijks of na dosis aanpassingen
  • dermatologische evaluatie
  • bloedbeeld + diff (afhankelijk van arts)
  • pols, temp, RR en gewicht
  • WHO performance status

Dosering en toedieningswijze (TW)

Medicatie

Dagdosis

Dag

TW

dabrafenib

150 mg

2vx daags

per os

trametinib

2 mg

1x daags

per os

Dabrafenib is beschikbaar in capsules van 50 en 75 mg.

Trametinib is beschikbaar in tabletten van 0,5 en 2 mg.

 

 

 

Premedicatie: n.v.t.
   
Toediening/infuuslijst: Toedieningsschema Dabrafenib-Trametinib

 

per os: ’s ochtends en ’s avonds innemen (interval 12 uur) een uur voor voedselinname of twee uur na voedselinname, met water.

 

Bij braken na een dosis dabrafenib (en trametinib) de dosis (van beide middelen) niet opnieuw innemen, maar gewoon verder gaan met de volgende geplande dosis. Een gemiste dosis dabrafenib alleen innemen, als de volgende geplande dosis ten minste 6 uur later is.

   
Emetogeniteitsklasse 1: minimaal (risico < 10%)
   
Bijwerkingen*:

Als combinatie therapie:

 

Zeer vaak (> 10%): hypertensie, bloedingen (waaronder intracraniale bloedingen en fatale bloedingen). Nasofaryngitis, hoest. Misselijkheid, braken, diarree, obstipatie, buikpijn. Afgenomen eetlust. Hoofdpijn, duizeligheid. Artralgie (ca. 25%), myalgie, pijn in ledemaat. Urineweginfecties. Vermoeidheid, koorts, koude rillingen, asthenie, perifeer oedeem. Droge huid, jeuk, huiduitslag, acneïforme dermatitis. Neutropenie. Stijging ALAT, ASAT.

 

Vaak (1–10%): hypotensie, bradycardie, afname LVEF. Dyspneu. Plaveiselcelcarcinoom van de huid, papilloom, seborroïsche keratose, acrochordon, cellulitis, folliculitis, pustuleuze huiduitslag, panniculitis, erytheem, actinische keratose, hyperkeratose, hand-voetsyndroom, hyperhidrose, nachtzweten, alopecia, paronychia. Visusstoornis, wazig zien. Stomatitis, droge mond. Mucositis, influenza-achtige ziekte, gezichtsoedeem. Spierspasmen. Anemie, leukopenie, trombocytopenie. Stijging AF, γ–GT, bloed creatinekinase. Dehydratie, hyponatriëmie, hypofosfatemie, hyperglykemie.

   
Overgevoeligheidsreacties: niet bekend
   
Calamiteiten:  
 
  •  Extravasatie:

n.v.t.

 
  •  Morsen:
n.v.t.
   
Besmettingsduur excreta:

Dabrafenib en trametinib behoren tot de proteïne kinaseremmers.

FROHON richtlijnen dosisaanpassingen

  • Dabrafenib
  • Trametinib

Algemeen

Verminderde nierfunctie

Bij lichte tot matige nierinsufficiëntie is geen dosisaanpassing nodig. Er zijn geen gegevens over het gebruik bij ernstige nierinsufficiëntie.

 

Verminderde leverfunctie

Bij licht verminderde leverfunctie is geen dosisaanpassing nodig. Er zijn geen gegevens over het gebruik bij matige en ernstige leverinsufficiëntie; de blootstelling kan verhoogd zijn.

 

Doseringsaanpassing bij bijwerking graad 2 (ondraaglijk) of graad 3

Voor het behandelen van bijwerkingen kan het nodig zijn de dosis te verlagen, de behandeling te onderbreken of de behandeling te staken (zie Tabellen 1 en 2).

Dosisaanpassingen worden niet aanbevolen bij bijwerkingen van plaveiselcelcarcinoom van de huid (cuSCC) of nieuw primair melanoom (raadpleeg de SPC van Dabrafenib voor meer details).

 

  • Tabel 1 Aanbevolen verlagingen van het dosisniveau
Dosisniveau

Trametinib dosis

Gebruikt in combinatie met Dabrafenib

Dabrafenib dosis*

Alleen als gebruikt in combinatie met Trametinib

Startdosis 2 mg eenmaal daags 150 mg tweemaal daags
1e dosisverlaging 1,5 mg eenmaal daags 100 mg tweemaal daags
2e dosisverlaging 1 mg eenmaal daags 75 mg tweemaal daags
3e dosisverlaging (combinatie) 1 mg eenmaal daags 50 mg tweemaal daags

Dosisaanpassing van Trametinib naar minder dan 1 mg eenmaal daags wordt niet aanbevolen, zowel bij gebruik als monotherapie als bij gebruik in combinatie met Dabrafenib. Dosisaanpassing van Dabrafenib naar minder dan 50 mg tweemaal daags wordt niet aanbevolen bij gebruik in combinatie met Trametinib.

*Raadpleeg de SPC van Dabrafenib, Dosering en wijze van toediening, voor de doseringsinstructies voor de behandeling met Dabrafenib monotherapie

 

  • Tabel 2 Aanpassing van het toedieningsschema op basis van de ernstgraad van eventuele bijwerkingen
Graad (CTC-AE)* Aanbevolen aanpassingen van het toedieningsschema van trametinib gebruikt in combinatie met dabrafenib
Graad 1 of Graad 2 (draaglijk) Zet behandeling voort en controleer zoals klinisch geïndiceerd.
Graad 2 (ondraaglijk) of Graad 3 Onderbreek de behandeling tot verbetering van de toxiciteit naar Graad 0 tot 1 en verlaag met één dosisniveau wanneer u de behandeling hervat.
Graad 4 Staak de behandeling definitief of onderbreek de behandeling tot verbetering naar Graad 0 tot 1 en verlaag met één dosisniveau wanneer u de behandeling hervat.

* De hevigheid van klinische bijwerkingen zoals gegradeerd door de ‘Common Terminology Criteria for Adverse Events’ v4.0 (CTC-AE).

 

Als de bijwerkingen van een patiënt effectief onder controle zijn, kan het weer verhogen van de dosis worden overwogen, met dezelfde dosisstappen als bij het verlagen van de dosis. De dosis Trametinib mag niet hoger zijn dan 2 mg per dag.

 

Als behandeling gerelateerde toxiciteit optreedt bij gebruik van Trametinib in combinatie met Dabrafenib, dan moeten beide behandelingen gelijktijdig worden gereduceerd, onderbroken of stopgezet. Uitzonderingen waarbij dosisaanpassingen alleen noodzakelijk zijn voor een van de twee behandelingen staan hieronder beschreven voor pyrexie, uveïtis, RAS-mutatiepositieve niet-cutane maligniteiten en QT-verlengingen (primair gerelateerd aan Dabrafenib), linkerventrikel ejectiefractie (LVEF) verlaging, retinale vene-occlusie (RVO), loslating van retina pigmentepitheel (RPED) en interstitiële longziekte/pneumonitis (primair gerelateerd aan Trametinib).

Bron(nen)

De belangrijkste informatie over indicatie, gebruik en bijwerkingen van een medicijn is te vinden in de samenvatting van de productkenmerken opgesteld door de Europese Registratie Authoriteit (EMA) en de preparaattekst in het Farmacotherapeutisch Kompas opgesteld door het Zorginstituut Nederland.

 

 

Trametinib in combinatie met dabrafenib is beoordeeld door de commissie BOM (beoordeling oncologische middelen) van de Nederlandse Vereniging voor Medische Oncologie (NVMO).