Hoogwaardige Hematologische & Oncologische zorg in alle Friese ziekenhuizen.

Sorafenib (lever)

Versie:
0.91
Publicatiedatum:
17-09-2019
Indicatie: palliatieve behandeling van het HCC
   
Aantal kuren: continu, afhankelijk van respons en toxiciteit
   
Cyclus: continu
   
Inclusie:

ECOG performance status ≤2 en Child Pugh Klasse A

adequate nier-, lever-, cardiale-, en beenmergfunctie

   
Exclusie:

ongecontroleerde hypertensie

significantie cardiovasculaire ziekte en/of LVEF < 50

   
Onderzoek:

voorafgaand aan eerste kuur:

  • ŸCT-Abdomen, Echo cor of MUGA scan, ECG

  • lab. baseline: Hb, Ht, leuco’s + diff., trombo’s, serum creatinine, bilirubine, ASAT/ALAT, AF en AFP

 

lab. voor iedere kuur:

  • Hb, Ht, leuco’s + diff., trombo’s, creatinine
  • op klinische indicatie: CEA en/of bilirubine, ASAT/ALAT en AF
  • lengte en gewicht

 

Ieder drie maanden controle:

  • lab inclusief AFP
  • controle echo cor of ejectiefractie
  • beeldvorming op indicatie

Dosering en toedieningswijze (TW)

Medicatie

Dagdosis

Dag

TW

sorafenib

200 mg

2 x d.d.

startdosis

p.o.

op een lege maag of een uur voor voedselinname of twee uur na voedselinname

sorafenib

400 mg

2 x d.d.

continue

p.o.

op een lege maag of een uur voor voedselinname of twee uur na voedselinname

Sorafenib is beschikbaar in capsules van 200 mg.

 

Premedicatie: n.v.t.
   
Toediening/infuuslijst: n.v.t.
   
Emetogeniteitsklasse: Link naar anti-emeticabeleid FROHON
   
Bijwerkingen: www.bijwerkingenbijkanker.nl
   
Overgevoeligheidsreacties: niet bekend
   
Calamiteiten:  
 
  •  Extravasatie:

n.v.t.

 
  •  Morsen:
n.v.t.
   
Besmettingsduur excreta: n.v.t.

FROHON richtlijnen dosisaanpassingen

  • sorafenib

Beenmergtoxiciteit

ANC x 109 /L

1.0 tot < 1,5

geen dosisaanpassing noodzakelijk

 0.5 tot <1.0

dosisreductie tot 200 mg 2 x d.d. en continueer behandeling

< 0.5

uitstel behandeling tot ANC ≥ 1.0 en dosisreductie tot 200 mg, 2 x d.d. voor vervolgbehandelingen

Febriele neutropenie

uitstel behandeling tot ANC ≥ 1.0 en dosisreductie tot 200 mg, 2 x d.d. voor vervolgbehandelingen

Trombocyten x 109/L

 

50 tot < 100

geen dosisaanpassingen noodzakelijk

25 tot < 50

dosisreductie tot 200 mg 2 x d.d. en continueer behandeling

< 25

uitstel behandeling tot trombocyten ≥ 50 en dosisreductie tot 200 mg, 2 x d.d. voor vervolgbehandelingen

Huidtoxiciteit

Hand-voet syndroom

CTC Gradering

 

Graad 2

1e optreden: geen dosis reductie

2e optreden: dosis reductie met 25%

3e optreden: dosis reductie met 50%

4e optreden: capecitabine stop

Graad 3

uitstel behandeling tot herstel naar graad 1 of minder en vermindering dosis met vervolgkuren met:

1e optreden: 50%

2e optreden: capecitabine stop.

Niertoxiciteit

Creatinine Klaring (ml/min)

30 – 50

Overweeg start sorafenib in een dosis van 2 x d.d. 200 mg en dosisescalatie indien goed verdragen.

< 30

geen aanbevelingen beschikbaar.

 Gastro-intestinale toxiciteit

(Orale) mucositis

CTC Gradering

 

Graad 2

uitstel behandeling tot herstel naar graad 1 of minder en vermindering dosis met vervolgkuren met:

1e   optreden: geen dosis reductie

2e optreden: dosis reductie met 25%

3e optreden: dosis reductie met 50%

4e optreden: capecitabine stop

Graad 3 of 4

uitstel behandeling tot herstel naar graad 1 of minder en vermindering dosis met vervolgkuren met:

1e optreden: 50%

2e optreden: capecitabine stop.

Leverdysfunctie

 

minimaal

geen dosisreductie noodzakelijk

matig

dosis reductie met 25%

ernstig

dosis reductie met 50%

Diarree

CTC Gradering

 

Graad 2

 

1e optreden: geen dosis reductie

2e optreden: dosis reductie met 25%

3e optreden: dosis reductie met 50%

4e optreden: capecitabine stop

Graad 3

uitstel behandeling tot herstel naar graad 1 of minder en vermindering dosis met vervolgkuren met:

1e optreden: 50%

2e optreden: capecitabine stop.

Graad 4

uitstel behandeling tot herstel naar graad 1 of minder en vermindering dosis met vervolgkuren met:

1e optreden: 50%

2e optreden: capecitabine stop

Bron(nen)